Pagina 47 - Publicatie

41
I N T E R V I E W H a d d e N o o r d e r m e e r
Hadde Noordermeer (1921) verhuisde in 1937 naar Zwijndrecht, waar
zijn vader een bedrijf overnam aan de Rotterdamseweg. Het land en de
opstallen waren van bakker Brokking. Er stond een sloperij, maar vader
Noordermeer startte er een garagebedrijf met een elektrische benzinepomp,
wat voor die tijd heel vooruitstrevend was.
Hoewel Hadde met succes de vakopleiding bij de Bovag had gevolgd, gaf
zijn vader hem weinig verantwoordelijkheid en dat werd een probleem
nadat zijn vader overleden was in 1954. Van Beers van de Esso meldde Jan
Ames over de mogelijkheden van koop en na een gesprek kocht Jan op 6
december 1959 het bedrijf van Hadde.
Na een jaar niets doen, vroeg Piet Schenk, die het bewind op de
Rotterdamseweg voerde, of hij op de afdeling garantie kwam werken.
Op de Brouwersdijk maakte Gerard Hovius hem wegwijs. Hadde: “Het
was een zware baan. Ik had natuurlijk altijd met ontevreden klanten te
maken. Met Siem de Waard en Cor de Winter kon ik uiteindelijk wel goed
overweg, maar het was niet altijd gemakkelijk om de claims rond te krijgen.
Kees Molenaar van Pon zat mij altijd dwars en ik zat tussen drie vuren
in: de klant, Ames en Pon. Totdat Opa van Putten kwam, een accurate,
ouderwetse man, was het ook mijn taak om nieuwe auto’s op te halen. Ik
had echt ontzettend veel werk.”
In 1964 verhuisde het bedrijf naar de Johan de Wittstraat. Hadde: “Daar
zat ik in de showroom, waar het altijd druk was. In 1976 ben ik gestopt.
Gerrit van het Hoenderdaal nam mijn werk bij Ames over. Ik was er wel
klaar mee. Vroeger wilde ik leraar worden en misschien heb ik mij daarom
nooit op mijn plek gevoeld in de garage.”
Het pand dat Jan Ames in 1959 kocht
van Hadde Noordermeer.
Het magazine ‘De “VW”,
automobilistisch maandblad
voor hen, die Vooruit Willen’
opende in september 1963 een
artikel over het nieuwe bedrijf
als volgt:
Links zit Piet van de Berg.
Familie, medewerkers en
gasten achter de muziek aan!
Trots op ‘het mooie spul’.